Skip to main content

Tag: Frank Veeke

Thema Landbouw­vrijstelling: 7-pachtersvoordelen

De landbouwvrijstelling. Geliefd en gehaat. In onze rentmeesterspraktijk merken we dat hierover vragen leven. Zoveel uiteenlopende vragen, dat deze niet allemaal in één blog te behandelen zijn. Daarom hebben wij ervoor gekozen een reeks van artikelen over het thema Landbouwvrijstelling te maken. In elk artikel komt een ander deelonderwerp aan bod.

Dit is deel 7: landbouwvrijstelling en pachtersvoordelen.

In deze bijdrage staan de volgende vragen centraal:

  • wat is een pachtersvoordeel?
  • wat is de verhouding tot de landbouwvrijstelling?

Uit gesprekken met opdrachtgevers voor wie een taxatie van een agrarisch object plaatsvindt, blijkt geregeld dat op dat object een fiscale claim rust. Die claim heeft nog niet direct effect op de waardering, maar die claim heeft wel effect op wat die verkopende agrariër “netto” overhoudt.

In een eerder artikel in deze reeks is al ingegaan op wat een fiscale claim is. Bij landbouwgrond die destijds uit “pacht” is gekocht, ontstaat geregeld een pachtersvoordeel. Een pachtersvoordeel is ook een vorm van een belaste claim.

Om de bewustwording te stimuleren ga ik wat meer de diepte in.

Pachtersvoordelen in combinatie met landbouw en landbouwgrond zijn vaak complex en ingegeven door de specifieke casus. Er zijn ook voordelen volgend uit overeenkomsten1 die erg lijken op het voordeel dat ontstaat uit een pachtsituatie. Verder zijn er recentelijk flinke veranderingen opgetreden in de mogelijkheden van het “doorschuiven” van pachtersvoordelen2 3.

Pachtersvoordeel  

Een pachtersvoordeel ontstaat doordat een pachter op basis van de regels van pacht4, de door hem gepachte grond kan aankopen tegen de verpachte waarde. In de praktijk ligt de waarde van deze verpachte waarde lager dan de vrije waarde. Dit verschil wordt vastgesteld en dat verschil gaat door het ‘fiscale’ leven onder de naam pachtersvoordeel.

Als op enig moment die grond wordt verkocht, valt het pachtersvoordeel niet onder de landbouwvrijstelling5. Dit voordeel is niet toe te rekenen aan de waardeverandering van de grond zelf.

Een voorbeeld

In dit voorbeeld wordt eerst grond uit pacht gekocht (stap 1) en vervolgens wordt een aantal jaren later de betreffende grond doorverkocht (stap 2). 

Stap 1

  • Er is in het verleden 1 hectare uit pacht gekocht;
  • De waarde van de grond vrij op dat moment was € 55.000,- (bijvoorbeeld 2012);
  • De waarde van de grond in verpachte staat is vastgesteld op € 35.000,- (bijvoorbeeld 2012);
  • Het pachtersvoordeel is vastgesteld op € 20.000,-.

Stap 2

  • De genoemde hectare wordt verkocht;
  • De ondernemer oefent een landbouwbedrijf uit;
  • De verkoopprijs (=WEVAB) van deze grond is € 100.000,- per ha;
  • De boekwaarde is € 35.000,-;
  • Het gaat in het voorbeeld alleen om Inkomstenbelasting.

Uitwerking in getallen

Verkoopprijs€ 100.000,- WEV = WEVAB
Boekwaarde (fiscaal)€ 35.000,-
————-
-/- 
Boekwinst€ 65.000,-  

Onder te verdelen in:

Werking landbouwvrijstelling€ 45.000,-onbelast
Pachtersvoordeel€ 20.000,-belast

In dit voorbeeld is goed te zien hoe het pachtersvoordeel in de belastingheffing terechtkomt.

Wilt u meer toelichting op dit onderwerp? Neem dan gerust contact met ons op.

Voetnoten:
1. Bijvoorbeeld een gebruikersvoordeel, een voordeel uit een erfpachtovereenkomst.
2. wetten.nl – Regeling – Inkomstenbelasting, winst; landbouwproblematiek – BWBR0041641 (overheid.nl)

3. Gebruikersvoordelen en het nieuwe beleid over doorschuiven van pachtersvoordelen worden niet behandeld.
4. Voorkeursrecht.
5. Dit kan ook spelen bij een onttrekking. 

Thema Landbouwvrijstelling: 6-herinvesteringsreserve

De landbouwvrijstelling. Geliefd en gehaat. In onze rentmeesterspraktijk merken we dat hierover vragen leven. Zoveel uiteenlopende vragen, dat deze niet allemaal in één blog te behandelen zijn. Daarom hebben wij ervoor gekozen een reeks van artikelen over het thema Landbouwvrijstelling te maken. In elk artikel komt een ander deelonderwerp aan bod.

Dit is deel 6: landbouwvrijstelling en herinvesteringsreserve.

In deze bijdrage staan de volgende vragen centraal:

  • wat is een herinvesteringsreserve?
  • wat is de verhouding tot de landbouwvrijstelling?

Uit gesprekken met opdrachtgevers voor wie een taxatie van een agrarisch object plaatsvindt, blijkt geregeld dat op dat object een fiscale claim rust. Die claim heeft nog niet direct effect op de waardering, maar die claim heeft wel effect op wat die verkopende agrariër “netto” overhoudt.

In een eerder artikel in deze reeks is al ingegaan op wat een fiscale claim is.
De herinvesteringsreserve (HIR) is een dergelijke claim.

Ik merk nadrukkelijk op dat over de herinvesteringsreserve in combinatie met landbouw en landbouwgrond veel te vertellen is. Vooral in situaties van verkoop vanwege overheidsingrijpen vraagt dit thema bijzondere aandacht en begeleiding. Het inschakelen van een accountant/fiscalist raden wij ten zeerste aan.

Als landbouwgrond wordt verkocht voor een hogere waarde (de WEV) dan de agrarische waarde (WEVAB) is de landbouwvrijstelling niet van toepassing op het deel van de koopsom boven de WEVAB. Voor het gedeelte van de opbrengst dat boven de WEVAB ligt is mogelijk1 de herinvesteringsreserve van toepassing.

In de tekst hierna en ook in het voorbeeld gaan we ervan uit dat de herinvesteringsreserve gevormd mag worden en ook dat deze verwerkt is in de boekhouding2.

Een voorbeeld

In dit voorbeeld wordt eerst grond verkocht (stap 1) en daarna weer andere grond gekocht (stap 2). Dit speelt zich af binnen de termijnen gegeven voor de herinvesteringstermijn.

Stap 1

  • Er wordt 2 hectare verkocht.
  • De verkoper is ondernemer en oefent een landbouwbedrijf uit.
  • De koper is een overheidsinstantie.
  • De WEV is € 140.000,- per ha, voor 2 ha is dat € 280.000,-.
  • De WEVAB is € 85.000,- per ha, voor 2 ha is dan de opbrengst € 170.000,-.
  • De boekwaarde is € 25.000,- per ha, voor 2 ha is dat € 50.000,-.
  • Er rust geen belaste claim uit het verleden op deze grond.
  • Het gaat in het voorbeeld alleen om Inkomstenbelasting.
  • Er is overeenstemming dat er een HIR (herinvesteringsreserve) gevormd mag worden voor € 60.000,-.

Uitwerking in getallen

Verkoopprijs€ 280.000,- WEV is hoger dan WEVAB
Boekwaarde (fiscaal)€ 50.000,-
————-
-/- 
Boekwinst€ 230.000,-  
Toepassing LBV€ 170.000,--/- 
Toepassing HIR€ 60.000,-
————-
-/-Belaste claim (toekomst)
Belastbare winst bij verkoop€ 0,-  

Stap 2

  • Er wordt 5 ha landbouwgrond gekocht.
  • De koper is de verkoper uit stap 1, ondernemer en oefent een landbouwbedrijf uit.
  • De WEVAB van de nieuwe grond en ook de aanschafprijs is € 90.000,- per ha. Voor 5 ha is dat een aankoop van € 450.000,-.
  • De boekwaarde blijkt in de uitwerking.
  • De herinvesteringsreserve van € 60.000,- gaat verwerkt worden.
  • Het gaat in het voorbeeld alleen om Inkomstenbelasting.

Uitwerking in getallen

Aankoopprijs€ 450.000,- WEV = WEVAB
Afboeking HIR€ 60.000,-
————-
-/- 
Boekwaarde (fiscaal)€ 390.000,-  

Effect landbouwvrijstelling en herinvesteringsreserve

In stap 1 is, doordat de landbouwvrijstelling deels zijn werk doet, de boekwinst per saldo in deze stap niet belast. Er ontstaat door de verschillen in WEV en WEVAB een herinvesteringsreserve van € 60.000,-. Over de vorming van deze reserve is overeenstemming bereikt met de fiscus.

In stap 2 verlaagt de afboeking van de herinvesteringsreserve de (fiscale) boekwaarde3.

De herinvesteringsreserve is ontstaan in stap 1 en de belastingheffing over het te belasten deel “is uitgesteld” in stap 2 door de lagere fiscale boekwaarde. In het geval deze grond in een vervolgstap wordt verkocht, komt dit bedrag van
€ 60.000,- als te belaste bate “bovendrijven”.

Voetnoten:
1. Het gaat dit artikel te buiten om op alle details in te gaan. Dat is specialistenwerk.
2. Terug te vinden in uw fiscale boekhouding.
3. Hier gelden ook zogenaamde boekwaarde-eisen.

Thema Landbouwvrijstelling: 5-wanneer herwaarderen?

De landbouwvrijstelling. Geliefd en gehaat. In onze rentmeesterspraktijk merken we dat hierover vragen leven. Zoveel uiteenlopende vragen, dat deze niet allemaal in één blog te behandelen zijn. Daarom hebben wij ervoor gekozen een reeks van artikelen over het thema Landbouwvrijstelling te maken. In elk artikel komt een ander deelonderwerp aan bod.

Dit is deel 5: wanneer herwaarderen?

In deze bijdrage staan de volgende vragen centraal:

  • Is het mogelijk om na een eerdere herwaardering nogmaals te herwaarderen?
  • Is herwaarderen altijd mogelijk?
  • Wat is de verhouding met de landbouwvrijstelling?

Al jaren is onmiskenbaar een tendens gaande van waardestijging van agrarische objecten. Individuele agrariërs worden hier vroeg of laat mee geconfronteerd.

In onze praktijk spreken we geregeld ondernemers die al eerder een keer hebben hergewaardeerd. Sinds dat moment van herwaarderen is de agrarische waarde (WEVAB) weer gestegen. In een aantal gevallen zelfs fors.

Om van de stijgingen een beeld te geven wordt hier een overzicht weergegeven van de gemiddelde waardestijgingen in Nederland van de afgelopen 20 jaren. Per regio en per perceel kan dit sterk wisselen. In onze praktijk komen we geregeld hogere waarden tegen.

Kan ik nog een keer herwaarderen?

Het antwoord op die vraag is: “ja”. Natuurlijk gelden wel de randvoorwaarden dat herwaarderen in de specifieke situatie ook mogelijk is.

Bij een herwaardering wordt de fiscale boekwaarde verhoogd1 naar de dan geldende WEVAB-waarde. Die waarde van de WEVAB moet worden vastgesteld door een agrarische waardedeskundige/taxateur. Hierbij kan Overwater Rentmeesterskantoor u van dienst zijn.

Aan herwaardering en landbouwvrijstelling kleven veel aandachtspunten2. Via een voorbeeld wordt de herwaardering voor deze situatie toegelicht.

Voorbeeld: vader draagt deel grond over aan zoon

Akkerbouwer Jan
In een eerder blog kwamen we akkerbouwer vader Jan tegen. Jan heeft een akkerbouwbedrijf van 50 ha. Hij heeft een maatschap met zijn zoon Koos.
Koos heeft een economisch belang van 10% in de landbouwgrond en Jan heeft een belang van 90% in zijn grond.

Jan gaat weer 10% overdragen aan Koos. Het belang van Koos neemt toe van 10% naar 20%. Het belang van Jan daalt naar 80%.

Uitgangspositie

  • De landbouwgrond is in het verleden door Jan via bedrijfsoverdracht verkregen.
  • Het areaal is 50 ha landbouwgrond.
  • Bij een eerdere herwaardering is de WEVAB vastgesteld op € 80.000 per ha ofwel € 4.000.000 voor 50 ha.
  • Op moment X wordt de herwaardering ingezet.
  • Er rusten geen fiscale claims op de grond.

Herwaardering

  • De WEVAB is op moment X vastgesteld op € 100.000,- per ha ofwel € 5.000.000,- voor 50 ha.
  • Jan draagt door wijziging in het belangwederom 10% over aan Koos.
  • Door deze wijziging ontstaat er overdrachts-en herwaarderingswinst.
  • Op deze winst is op moment X de landbouwvrijstelling van toepassing.
  • Koos heeft door deze herwaardering op moment X een hoger eigen vermogen (+ € 400.000,-).
  • Jan verkrijgt door deze herwaardering op moment X een hoger eigen vermogen (+ € 600.000,-).

Is herwaarderen altijd mogelijk?

Het antwoord op die vraag is niet zonder meer ja. In de praktijk komen allerlei situaties voor waardoor herwaarderen niet zonder meer of niet mogelijk is.

Als voorbeeld noemen we een bedrijf waarop een fiscale claim rust4.

In de rechtspraak5 is naar voren gekomen dat bij een zorgvuldige redactie van de afspraken en bij een correcte administratieve vastlegging van objecten er uitzonderingen gemaakt kunnen worden bij de herwaardering. Bij een herwaardering kunnen bepaalde percelen of objecten juist uitgesloten worden van de herwaardering van andere percelen op dat bedrijf. In een dergelijk situatie ontstaat een herwaardering op een deel van het bedrijf6.

Wilt u meer weten over de landbouwvrijstelling in uw eigen situatie? Wij zijn u graag van dienst.

Voetnoten:
1. Grof geformuleerd
2. Om een herwaardering uit te voeren is begeleiding nodig vanuit uw accountant
3. Wijziging in de restverdeling
4. Bijvoorbeeld een pachtersvoordeel of eerder gevormde herinvesteringsreserve
5. Hoge Raad 30 september 2016, zaaknummer 15/01003
6. Overleg met uw accountant is gewenst en bij de taxatie vraagt dit zeker aandacht.

Thema Landbouwvrijstelling: 4-het principe van herwaarderen

De landbouwvrijstelling. Geliefd en gehaat. In onze rentmeesterspraktijk merken we dat hierover vragen leven. Zoveel uiteenlopende vragen, dat deze niet allemaal in één blog te behandelen zijn. Daarom hebben wij ervoor gekozen een reeks van artikelen over het thema Landbouwvrijstelling te maken. In elk artikel komt een ander deelonderwerp aan bod.

Dit is deel 4: landbouwvrijstelling en (het principe van) herwaarderen

In deze bijdrage staan de volgende vragen centraal:

  • Wat is het principe van een herwaardering?
  • Wat is de relatie van fiscale herwaardering tot de landbouwvrijstelling?

Tijdens gesprekken met opdrachtgevers komt regelmatig het onderwerp herwaardering ter sprake. Om dit thema te doorgronden, is het van belang wat meer te vertellen over de techniek achter de herwaardering.

Techniek achter herwaardering

Binnen de onderneming van een agrariër (of agrariërs) wordt een (fiscale) boekhouding gevoerd. Op de balans van deze onderneming staan diverse bedrijfsmiddelen. Waar het voor de herwaardering om gaat, is om de focus te leggen op de onroerende zaken. Denk hierbij aan landbouwgrond, ondergrond gebouwen en erf.

De waarde van deze bedrijfsmiddelen heeft invloed op het eigen vermogen van die ondernemer of ondernemers. In veel gevallen is de boekwaarde van een bedrijfsmiddel geen weergave van de zogenaamde WEVAB-waarde1 op een bepaald moment.

Bij een herwaardering wordt de fiscale boekwaarde verhoogd2 naar de dan geldende WEVAB-waarde. Die waarde van de WEVAB moet worden vastgesteld door een agrarische waardedeskundige/taxateur. Hierbij kan Overwater u van dienst zijn.

Herwaarderen bij een bijzondere omstandigheid

Een herwaardering kan doorgevoerd worden als er sprake is van een bijzondere omstandigheid binnen die onderneming. Denk hierbij aan het toetreden van een kind tot de onderneming of het aanpassen van de gerechtigheid tot de stakingswinst.

De jurisprudentie heeft de route aangegeven hoe je kunt herwaarderen in geval van een bijzondere omstandigheid. Er kan in combinatie met de werking van de landbouwvrijstelling worden geherwaardeerd voor het overgedragen deel van het vermogen en ook over het “eigen deel” van het vermogen.

Het effect van de herwaardering is dat de agrarische ondernemer in veel gevallen zijn fiscaal eigen vermogen verhoogt. Op het moment dat er sprake is van bijvoorbeeld een latere staking is door de herwaardering de fiscale claim verlaagd.

Voorbeeld: zoon treedt toe in maatschap bij vader

Aan herwaardering en landbouwvrijstelling kleven veel aandachtspunten3. Via een voorbeeld wordt de herwaardering toegelicht.

Akkerbouwer Jan

In dit voorbeeld komen we akkerbouwer vader Jan tegen. Jan heeft een akkerbouwbedrijf van 50 ha. Hij gaat een maatschap aan met zijn zoon Koos. Het aangaan van een maatschap is een bijzondere omstandigheid.

Koos verwerft een economisch belang van 10% in de landbouwgrond. Na deze overdracht heeft vader Jan nog een belang van 90% in zijn grond.

Uitgangspositie

  • De landbouwgrond is in het verleden door vader Jan via bedrijfsoverdracht verkregen.
  • Het areaal is 50 ha landbouwgrond.
  • Op moment X wordt de herwaardering ingezet.
  • Er rusten geen fiscale claims op de grond.
  • Voorafgaand aan de herwaardering is de boekwaarde van de landbouwgrond € 1.250.000,-.

Herwaardering op moment X
De WEVAB is op moment X vastgesteld op € 80.000,- per ha ofwel € 4.000.000,- voor 50 ha.

  • Koos neemt deel voor 10% (economisch) in de landbouwgrond door toetreding tot de maatschap.
  • Door deze toetreding ontstaat er overdrachts- en herwaarderingswinst.
  • Op deze winst is op moment X de landbouwvrijstelling van toepassing.
  • Vader Jan heeft door deze herwaardering op moment X een hoger eigen vermogen verkregen: € 4.000.000,-x 90% = € 3.600.000
  • Zoon Koos verkrijgt door deze herwaardering op moment X een eigen vermogen van € 4.000.000,- x 10% = € 400.000,-.

Hier zien we een groot verschil tussen het eigen vermogen vóór en ná herwaardering.

De eerdere 3 blogs over de landbouwvrijstelling kunt u lezen op onze website.

Voetnoten:
1. WEVAB-waarde is waarde in het economisch verkeer bij agrarisch gebruik.
2. In het kort geformuleerd.
3. Om een herwaardering uit te voeren is begeleiding nodig vanuit uw accountant.

Thema Landbouwvrijstelling: 3-belaste claims

De landbouwvrijstelling. Geliefd en gehaat. In onze rentmeesterspraktijk merken we dat hierover vragen leven. Zoveel uiteenlopende vragen, dat deze niet allemaal in één blog te behandelen zijn. Daarom hebben wij ervoor gekozen een reeks van artikelen over het thema Landbouwvrijstelling te maken. In elk artikel komt een ander deelonderwerp aan bod.

Dit is deel 3: landbouwvrijstelling en belaste claims.

Uit gesprekken met opdrachtgevers voor wie een taxatie van een agrarisch object plaatsvindt, blijkt geregeld dat op dat object een fiscale claim rust. Die claim heeft nog niet direct effect op de waardering, maar die claim heeft wel effect op wat die verkopende agrariër “netto” overhoudt.

In deze bijdrage staan de volgende vragen centraal:

  • Wat is het effect van een belaste claim?
  • Wat gebeurt er als de landbouwvrijstelling zou zijn afgeschaft in deze situatie?

De oorzaak van het ontstaan van die claim kan heel divers zijn. Een voorbeeld van een dergelijke fiscale claim is een zogenaamd (belast) pachtersvoordeel [1].

Het effect is dat u als ondernemer die belaste claim uit het verleden hebt ondergebracht in een lagere fiscale boekwaarde [2] [3]. Daarmee heeft u bereikt dat de heffing die u in het verleden had moeten betalen, naar de toekomst heeft verschoven. Dat wil zeggen, uitstel van belastingheffing.

Een voorbeeld

  • Er wordt 10 ha landbouwgrond verkocht;
  • De koper en verkoper zijn ondernemer en oefenen een landbouwbedrijf uit;
  • De WEVAB (vrije agrarische waarde) is € 85.000 per ha. Voor 10 ha is de opbrengst (waarde in het economisch verkeer) € 850.000;
  • De boekwaarde is € 25.000 per ha. Voor 10 ha is de boekwaarde € 250.000;
  • Er rust een belaste claim uit het verleden op deze grond van € 75.000 (aanname!)
  • Het gaat in het voorbeeld alleen om inkomstenbelasting.

Uitwerking in getallen

Effect landbouwvrijstelling

met landbouwvrijstelling
Doordat de landbouwvrijstelling deels zijn werk doet, is de boekwinst per saldo niet volledig onbelast. Het destijds belaste deel van € 75.000 komt door de verkoop van dit perceel “boven” drijven. De hoogte van de te betalen belasting is afhankelijk van de situatie binnen die onderneming en de belastingdruk voor die situatie. Bij een belastingdruk van 45% (aanname!) betekent dit een afdracht aan de fiscus van € 20.250.

zonder landbouwvrijstelling
Als de landbouwvrijstelling niet zou werken, dan is de belastbare winst € 600.000. In dat geval is deze winst opgebouwd uit een deel boekwinst doordat de landbouwvrijstelling niet meer werkt én een deel dat is ontstaan uit het “vrijvallen” van de belaste claim van destijds. De hoogte van de te betalen belasting is afhankelijk van de situatie binnen die onderneming en de belastingdruk voor die situatie. Bij een belastingdruk van 45% (aanname!) betekent dit een afdracht aan de fiscus van € 270.000.

Conclusie

In dit voorbeeld is te zien dat vanuit de fiscale boekwaarde voor het te verkopen perceel de verkoopwinst (boekwinst) berekend wordt. In dit geval is er een belaste claim verwerkt.

Het is van belang dat er wordt gehandeld tussen ondernemers die een landbouwbedrijf uitoefenen.

Het voorbeeld laat ook zien wat het effect van de landbouwvrijstelling is als er sprake is van belaste claims.

Voetnoten:
[1] Een pachtersvoordeel ontstaat als een pachter op basis van een zakelijke pachtovereenkomst de landbouwgronden overneemt tegen een lagere waarde dan de vrije waarde.
[2] Terug te vinden in uw fiscale boekhouding.
[3] De oorzaak van de lagere boekwaarde kan divers zijn, bijvoorbeeld een verkoop uit het verleden waarbij een herinvestering is afgeboekt of een aankoop uit pacht.

Thema Landbouwvrijstelling: 2-hoe werkt dat? Een rekenvoorbeeld.

De landbouwvrijstelling. Geliefd en gehaat. In onze rentmeesterspraktijk merken we dat hierover vragen leven. Zoveel uiteenlopende vragen, dat deze niet allemaal in één blog te behandelen zijn. Daarom hebben wij ervoor gekozen een reeks van artikelen over het thema Landbouwvrijstelling te maken. In elk artikel komt een ander deelonderwerp aan bod.

Dit is deel 2: hoe werkt dat? Een rekenvoorbeeld.

De landbouwvrijstelling is een fiscale regeling binnen de inkomstenbelasting. De basisgedachte is om winsten behaald bij de verkoop- of overdracht van landbouwgronden fiscaal onbelast te laten. Deze landbouwgronden moeten dan wel gebruikt worden voor een landbouwbedrijf.

In deze bijdrage staan de volgende vragen centraal:

  • Wat gebeurt er als er een oppervlakte landbouwgrond wordt verkocht?
  • Wat gebeurt er als de landbouwvrijstelling zou zijn afgeschaft in deze situatie?

Een voorbeeld

  • Er wordt 10 ha landbouwgrond verkocht;
  • Verkoper is ondernemer en oefent een landbouwbedrijf uit;
  • De WEVAB (vrije agrarische waarde) is € 85.000 per ha. Voor 10 ha is de opbrengst (waarde in het economisch verkeer) € 850.000,-;
  • De boekwaarde is € 25.000 per ha. Voor 10 ha is de boekwaarde € 250.000,-;
  • Er rusten geen belaste claims uit het verleden op de grond (bijvoorbeeld door koop uit pacht);
  • Het gaat in het voorbeeld alleen om inkomstenbelasting.

Uitwerking in getallen

Effect landbouwvrijstelling

Doordat de landbouwvrijstelling haar werk doet, is de boekwinst per saldo onbelast.

Als de landbouwvrijstelling niet zou werken, dan is de belastbare winst € 600.000,-.

De hoogte van de te betalen belasting is afhankelijk van de situatie binnen die onderneming en de belastingdruk voor die situatie. Bij een belastingdruk van 45% (aanname!), betekent dit een afdracht aan de fiscus van € 270.000,-.

Het verschil tussen wel of geen landbouwvrijstelling is in dit voorbeeld dus € 270.000,-.

Conclusie

In dit voorbeeld is te zien dat vanuit de fiscale boekwaarde voor het te verkopen perceel de verkoopwinst (boekwinst) berekend wordt.

Het is van belang dat de verkoper een onderneming en een landbouwbedrijf uitoefent.

Het voorbeeld laat ook zien wat het effect van de landbouwvrijstelling is.

Vervolgartikelen Thema Landbouwvrijstelling

In de reeks wordt stilgestaan bij de werking van de landbouwvrijstelling aan de hand van vragen uit de praktijk en geven we praktische voorbeelden.

Ook gaan we in op het strategische belang en de toekomst van de landbouwvrijstelling. Wordt dus vervolgd.

Klik hier om meer te lezen over de Landbouwvrijstelling.  

Meer weten?

Heeft u vragen over de landbouwvrijstelling, herwaarderen of bedrijfsstrategie? Neem dan contact met ons op. Wij zijn u graag van dienst.

Prinsjesdag 2022 – belangrijke thema’s voor 2023

De derde dinsdag in september is traditioneel het moment in het jaar dat de belastingplannen voor het komende jaar worden gepresenteerd. Voor veel ondernemers is dat ook een moment om naar de toekomst en de koers van de onderneming te kijken.

Wat hebben de nieuwe plannen voor invloed op de agrarische sector? In dit artikel wordt ingegaan op de overdrachtsbelasting, bedrijfsopvolgingsregelingen en de landbouwvrijstelling.

Overdrachtsbelasting

De overdrachtsbelasting heeft twee tarieven, namelijk:

  • een tarief voor niet-woningen en woningen die niet door de koper als hoofdverblijf gebruikt worden. In 2022 is dit 8%.
  • een tarief voor woningen die door de koper als hoofdverblijf gebruikt worden. In 2022 is dit 2%.

Het hoge tarief voor niet-woningen en woningen die geen hoofdverblijf zijn, stijgt per 1 januari 2023 naar 10,4%. Een stijging van 2,4%.

Door deze aanpassing gaan bedrijven en beleggers bij de aankoop van onroerende zaken meer overdrachtsbelasting betalen. Deze verhoging neemt een steeds dominantere rol in de advisering rondom onroerend goed.

Voor woningen voor eigen gebruik blijft het overdrachtsbelastingtarief 2% of geldt een startersvrijstelling.

Bedrijfsopvolgingsregelingen

In de praktijk maken ondernemers bij een bedrijfsoverdracht vaak gebruik van de fiscaal gunstige bedrijfsopvolgingsregelingen in de schenk- en erfbelasting en in de inkomstenbelasting.

Deze regelingen staan al jaren ter discussie. De discussie spitst zich toe op versobering van deze regelingen. In de nu gepresenteerde plannen is er geen duidelijkheid over de toekomst van de bedrijfsopvolgingsregelingen.

Door het kabinet wordt in de plannen onderstreept dat de continuïteit van familiebedrijven gegarandeerd blijft door een reële bedrijfsopvolging eenvoudiger en eerlijker te maken.

Het kabinet komt naar verwachting in november 2022 met concrete plannen over de bedrijfsopvolgingsregelingen.

Landbouwvrijstelling (nog) ongewijzigd

In de inkomstenbelasting is de landbouwvrijstelling voor de agrarische praktijk een belangrijke vrijstelling. In de door het kabinet gepresenteerde belastingplannen voor 2023 komt de landbouwvrijstelling niet aan de orde.

Momenteel is het wachten op een beleidsevaluatie over de landbouwvrijstelling. Deze evaluatie wordt ergens eind 2022 verwacht. De uitkomst van de evaluatie kan alle kanten uit te gaan.

Uit correspondentie van het ministerie valt op te maken dat een aantal fiscale regels (onder andere de landbouwvrijstelling) kan worden beperkt of versoberd.

De dreigende aanpassing in de landbouwvrijstelling vertaalt zich al jaren in vragen over de mogelijkheden om landbouwgronden te herwaarderen. Bij herwaarderen maak je gebruik van de mogelijkheden van de (nu geldende) landbouwvrijstelling.

Heeft u vragen? Wij zijn u graag van dienst.

Thema Landbouwvrijstelling: 1-de basis en de toekomst

Al jarenlang wordt er gesproken over de afschaffing van de landbouwvrijstelling. Een van de argumenten die doorklinkt, is dat de regeling haar nut heeft verloren.

De landbouwvrijstelling[1] kent een lange geschiedenis.

In onze rentmeesterspraktijk krijgen we geregeld vragen die samenhangen met de landbouwvrijstelling en de mogelijke afschaffing daarvan.

Landbouwvrijstelling en haar cruciale functie

De landbouwvrijstelling heeft allerlei raakvlakken met de agro-praktijk en vervult daarin een cruciale functie.

Allereerst is het belangrijk om stil te staan bij de basisgedachte van deze (fiscale) vrijstelling voor de landbouwsector.

De basisgedachte van de landbouwvrijstelling is om winsten behaald bij de verkoop- of overdracht van landbouwgronden[2] fiscaal onbelast te laten.

Hier komt het begrip WEVAB (waarde in het economisch verkeer bij agrarisch gebruik) boven drijven. De WEVAB is de waarde waarvoor agrarisch onroerend goed wordt verhandeld.

Voor een agrarisch ondernemer is de landbouwvrijstelling in zijn onderneming ook van groot belang. De landbouwvrijstelling heeft als effect dat er geen (of minder) belasting betaald moet worden. Dit gaat spelen als de agrarische ondernemer met strategische thema’s in aanraking komt, zoals:

  • kan ik mijn bedrijf wel overdragen?
  • waar ligt mijn bedrijf? 
  • wat doet dit voor de waarde van mijn onderneming?
  • moet ik juist verkopen of kopen?
  • wat is het effect van afschaffen van de landbouwvrijstelling en kan ik daar op voorsorteren?

Kortom, voor agrarische ondernemers zijn er op beslismomenten veel onderwerpen die te maken hebben met de landbouwvrijstelling, herwaarderen en bedrijfsstrategie.

Rondom de landbouwvrijstelling spelen op bedrijfsniveau veel vragen en bovendien zijn deze vaak nog ingegeven door de specifieke casuspositie. Voor ondernemers is het van belang om tijdig te schakelen met zijn of haar accountant om de fiscale positie te optimaliseren.

Vervolgartikelen Thema Landbouwvrijstelling

In de reeks wordt stilgestaan bij de werking van de landbouwvrijstelling aan de hand van vragen uit de praktijk en geven we praktische voorbeelden.

Ook gaan we in op het strategische belang en de toekomst van de landbouwvrijstelling. Wordt dus vervolgd.

Heeft u vragen over de landbouwvrijstelling, herwaarderen of bedrijfsstrategie? Neem dan gerust contact met ons op. Wij zijn u graag van dienst.

Voetnoten
[1] Inkomstenbelasting
[2] Aangewend in het kader van een landbouwbedrijf

De parallel tussen pachtnormen 2022 en de box 3-perikelen

Pachtnormen 2022

Recentelijk heeft het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit de pachtnormen voor 2022 gepubliceerd1. In het pachtnormenbesluit worden de hoogst toelaatbare pachtprijzen voor 2022 gepubliceerd. De pachtnormen zijn gebaseerd op de bedrijfsresultaten van middelgrote- en grote akkerbouw- en melkveebedrijven in de periode 2016-2020.

Regionaal zijn er verschillen, maar de tendens is dat de regionorm over de hele lijn gezien gedaald is!

Als je als voorbeeld nu eens het gebied Zuidwestelijk akkerbouwgebied pakt, dan zie je een daling van 23% voor de regionorm voor los land2.
In getallen: per hectare van € 471,- in 2021 naar € 365,- in 2022.
De grondprijs per ha zit gemiddeld rond de € 80.000,- tot € 100.000,- per ha, de grondprijzen hebben al jaren een stijgende tendens.

Als je dat op je laat inwerken dan zit daar een tegenstelling in. Deze ontwikkeling van stijgende grondprijzen is niet nieuw, maar het systeem om te komen tot de regionorm is hier niet aan gekoppeld. Dit wringt steeds meer.

Box 3-perikelen

In de fiscaliteit is een ontwikkeling gaande over hoe er met de heffing in box 3 omgegaan moet worden. Door een aantal arresten van de Hoge Raad3 is het box 3-dossier een hoofdpijndossier geworden voor de overheid. De Hoge Raad heeft in december 2021 aangegeven dat het systeem van box 3 in strijd is met het EVRM-verdrag en aangegeven dat er rechtsherstel in dat dossier geboden is.

Daarna kwam een aantal discussies op gang over hoe nu verder met box 3. Een van de discussies was of ook rechtsherstel geboden kon worden voor belastingplichtigen die geen bezwaar hadden gemaakt voor het betreffende jaar. In mei 2022 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat degene die geen bezwaar hebben gemaakt, geen rechtsherstel krijgen. Dit is een grote groep. Over de vraag of deze groep (die geen bezwaar heeft gemaakt) tegemoetgekomen zal worden, is de politiek aan zet.

Als er gekeken wordt hoe de waarde van verpachte grond in box 3 is vastgesteld, kom je uit bij Tabel 1 behorende bij de handleiding “waardering van verpachte grond in box 3”.

Voor bijvoorbeeld Goeree Overflakkee is de waarde voor 2021 vastgesteld op € 91.900,- per ha en voor regulier verpachte grond is dat 60% hiervan, ofwel € 55.140,- per ha. Deze norm is dan belast tegen minimaal een heffing van € 746,-4.

Dit betekent dat er netto meer belasting betaald wordt dan er pacht binnenkomt, nog los van overige lasten zoals waterschapslasten en eventueel Ruilverkavelingsrente.

Parallel

Inmiddels heeft u waarschijnlijk gevoeld, ‘hier klopt iets niet’ en bent u op zoek naar de parallel. In box 3 betaal je als verpachter meer aan belasting dan je als verpachter ontvangt aan nettorendement5.

De overheid stelt pachtnormen vast met de ene hand en heft met de andere hand via box 3. Het effect is dat de heffing die betaald moet worden vaak hoger is dan het nettorendement dat behaald wordt.

Bezwaar!

Als er geen bezwaar gemaakt wordt tegen een besluit dat je als belastingplichtige raakt, dan verlies je rechten. In feite moet je als verpachter bezwaar maken6 tegen de jaarlijkse vaststelling van de pachtnormen, maar zeker tegen de heffing in box 3.

Langs twee kanten vindt er een uitholling van het vermogen van de grondeigenaar plaats.

Mocht u nog vragen hebben, neem dan gerust contact met mij op.

Voetnoten:
1Brief van 14 juni 2022, Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

2 De grootste wijziging in de bijlage voor de pachtnormen 2022

Arrest van de Hoge Raad van 24 december 2021, nr 21/01243

Arrest van 20 mei 2022, nr 21/04407

4 Box 3 jaar 2022 via schijf 2, zonder aanpassingen door Box 3 arresten.

5In de blog “Streep door box 3-heffing: taai, maar niet saai!” van mijn collega Schil Herweijer, is hier al eerder aandacht aan besteed. 

6 Dit is praktisch niet mogelijk.

Streep door box 3-heffing: taai, maar niet saai!

De Hoge Raad, box 3 en de particuliere grondeigenaar: taai, maar niet saai!

Inleiding en effect voor verpachters

De Hoge Raad heeft recent een streep gezet door de box 3-heffing voor de jaren 2017 en 2018 voor ongeveer 60.000 belastingplichtigen. Het fictieve rendement sluit niet aan bij het daadwerkelijke rendement. Bij een grote groep verpachters is dit effect ook zichtbaar. Het zal een taai verhaal blijken, maar niet saai!

Hoe zat het ook al weer?

  • In een ver verleden werd het vermogen getroffen door de vermogensbelasting. Dat systeem gold tot 2001. Destijds waren in dat systeem de inkomsten uit vermogen (denk bijvoorbeeld aan dividend en pacht) belast, maar de vermogenswinsten (bijvoorbeeld van aandelen of grond) onbelast.
  • In 2001 kwam de boxen-systematiek en werd box 3 belangrijk voor het vermogen van mensen. Er werd een fictief rendement van 4% op het gehele vermogen geïntroduceerd. Daar ging dan weer een heffing overheen van 30%. Dat is per saldo 1,2% heffing in box 3 over het vermogen boven de vrijstelling.
  • In 2017 werd de grondslag voor box 3 aangepast. Een belangrijke aanleiding was de dalende rente op spaargelden. Het effect was dat er diverse rendementen werden verondersteld bij diverse soorten beleggingen. Per vermogensklasse werd er een veronderstelde verdeling ingevoerd tussen spaargeld en beleggingen. Daar hoorde dan een fictief rendement bij.

Bent u er nog?

Recente uitspraak van de Hoge Raad

Kort gezegd haalt de Hoge Raad een streep door de grondslag van box 3.

De fiscus gaat er ten onrechte vanuit dat een belastingplichtige via een vaste sleutel het vermogen verdeelt over sparen en beleggen. In de voorgelegde casus bleek dat onredelijk uit te pakken. De Hoge Raad constateert dat de fictieve heffing ver afstaat van het daadwerkelijk genoten rendement. Het fictieve stelsel van na 2017 perkt de vrijheid in om over eigendom te beschikken. In de voorgelegde casus beschermde de Hoge Raad de belastingplichtige via rechtsherstel. Dat rechtsherstel hield in dat er over de jaren 2017 en 2018 alleen over het werkelijke rendement geheven mag worden.

Hoe loopt dat nu verder?

Twee elementen worden belicht:

  1. De uitspraak legt duidelijk bloot dat box 3 rammelt. Het is aan het licht gekomen via een zogenaamde ‘massaalbezwaarprocedure’. Dit zou gaan om ongeveer 60.000 belastingplichtigen. Voor deze groep zal er over die jaren een aanpassing moeten komen op hun aangifte. Stel dat je niet bij die 60.000 hoort, dan kom je niet (of niet direct) in aanmerking voor herstel. Er wordt gesteld dat als je geen bezwaar hebt gemaakt, dat je je recht op aanpassing hebt verspeeld. Hierover zal in de politiek nog een noot gekraakt moeten worden.
  2. Dat box 3 aan revisie toe is, is na deze commotie wel duidelijk. De politiek is aan zet om te kijken hoe de rendementen belast moeten worden. Daar gaan we dus nog wel meer over horen.

Praktijkvoorbeeld van de particuliere verpachter in Box 3

Om te laten te zien waar de schoen wringt, een voorbeeld uit de praktijk.

De Belastingdienst geeft jaarlijks een handleiding uit met hierin de waardering van verpachte gronden in box 3. Wanneer u aangifte doet van inkomstenbelasting, dient u de waarde op te geven van bezittingen in box 3, zoals verpachte gronden.

De Belastingdienst werkt hierbij met vastgestelde normwaarden voor landbouwgebieden (totaal 65) gelegen in Nederland. De Hoeksche Waard is bijvoorbeeld een gebied met een dergelijke norm.

Toepassing normwaarden

  • waardering voor verpachte gronden in box 3;
  • voor gronden in gebruik als grasland of akkerland;
  • op de normwaarden zijn ook uitzonderingen van toepassing.

Niet-eindige pacht en eindige pacht
De pachtvormen kunnen we verdelen in:

  • Niet-eindige pacht (reguliere pacht met looptijd > 20 jaar);
  • Eindige pacht (geliberaliseerde pacht en erfpacht).

De praktijk in het kort
We nemen als voorbeeld een particulier verpachter in box 3 met grond in de Hoeksche waard voor het jaar 2020. De grond is uitgegeven in niet-eindige (reguliere) pacht met een oppervlakte van 40 ha.

Nederland is verdeeld in veertien pachtprijsgebieden. Het pachtprijsgebied in dit voorbeeld is het Zuidwestelijk akkerbouwgebied met een pachtprijs van € 377,00 per ha per jaar.

De werkelijke netto pachtopbrengst is € 13.380,00. Houd dit bedrag even goed in gedachten.

Belasting
De gronden vallen, volgens de normwaarden per 1 januari 2020, in Landbouwgebied ‘Voorne-Putten-Hoeksche Waard’.

Normwaarde per hectare: € 66.500,00.

Doordat de grond valt onder ‘niet-eindige pacht’ mag je voor box 3 uitgaan van 60% van de genoemde normwaarde = € 39.900,00 per ha.
Totaal: € 1.596.000,00 op basis van 40 ha.

Ongeacht de hoogte van de pachtinkomsten en de kosten betaal je in box 3 een vaste heffing afhankelijk van het vermogen. Om die heffing te bepalen moet je uitgaan van een forfaitair rendement. Over dat rendement betaal je een belastingpercentage van 31%. Dat levert dan per saldo een effectieve belastingdruk op variërend van 0,59% tot 1,76%.

In dit praktijkvoorbeeld is de gemiddelde belastingdruk 1.51%.

Om dit vast te stellen dient er een aantal berekeningen plaats te vinden waarbij de uitkomst is:

Belastbaar vermogen:€ 1.546.000,00
Gemiddeld rendement volgens Belastingdienst:€ 75.362,00
Belasting in box 3:€ 23.385,00

Conclusie: opbrengsten lager dan belastingheffing
Uit dit voorbeeld blijkt dat de werkelijke netto pachtopbrengsten (€ 13.380,00) lager zijn dan het berekende rendement van dit vermogen (€ 75.362,00) in box 3. In dit voorbeeld wordt dan ook € 61.982,00 meer rendement in de heffing betrokken dan het werkelijke rendement!

De werkelijke behaalde opbrengsten op basis van de pacht zijn lager dan de berekende en betaalde belastingheffing in box 3.
Dat verschil is in dit geval € 23.385,00-/-€ 13.380,00= € 10.005,00!

Bij deze berekeningen is geen rekening gehouden met waardeaangroei, daar deze pas tot uitdrukking komt bij verkoop.

De overheid heeft nog niet gereageerd op welke wijze het arrest toegepast gaat worden in de praktijk. Die toepassingswijze moet nog volgen.

Bezwaar maken op de definitieve belastingaanslag lijkt steeds meer kans van slagen te krijgen. Ik zeg doen! 

Heeft u vragen over dit onderwerp? Neemt u dan gerust contact op.

Geschreven door Schil Herweijer (gepensioneerd) en Frank Veeke

OVTR | Logo RVNR wit
Klijsen taxateurs
Kerkstraat 54
3291 AM Strijen

078-6749494
info@ovtr.nl

Wij zijn telefonisch bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 08.30 uur tot 17.00 uur.

Klijsen taxateurs